Een vennootschap betoogt dat het opleggen van € 10800,00 boete in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Zij voert aan dat het in de binnenvaart gebruikelijk is om zonder veiligheidsgordels te werken en hierop niet werd gehandhaafd.
Hierbij wijst zij op een op 10 november 2016 door de gevallen werknemer tegen een arbeidsinspecteur afgelegde verklaring. Dat het in de binnenvaart gebruikelijk is om zonder veiligheidsgordels te werken, blijkt volgens de vennootschap ook uit haar Risico Inventarisatie & Evaluatie en Safety Management Systeem, opgesteld door de marktleider op het gebied van veiligheid in de maritieme sector, waarin extra valbeveiliging door een veiligheidsgordel niet is vermeld.
De uitspraak van de Afdeling van 14 februari 2018, waaruit handhaving blijkt, ziet volgens haar op een bijzonder geval, omdat het in die zaak ging om een vaartuig dat aan de werf lag, waarbij werknemers van de werf aan boord werkzaamheden verrichtten.
Vennootschap voert verder aan dat haar gevallen bekend zijn van overheidspersoneel, zoals medewerkers van hulpdiensten en arbeidsinspecteurs, en parlementsleden die aan boord van een binnenvaartschip geen veiligheidsgordel droegen. Volgens haar werd in dergelijke situaties evenmin gehandhaafd.
Ten slotte voert vennootschap aan dat zij na het ongeval een speciale veiligheidsgordel heeft ontwikkeld met een haak die onder meer aan handvatten van luiken kan worden bevestigd.
Wat is er gebeurd?
Op 23 juli 2016 heeft een arbeidsongeval plaatsgevonden, waarbij een werknemer van de vennootschap, die aan boord van een duwbak loswerkzaamheden verrichte, is gevallen en ongeveer drie meter lager op het dek van een naastgelegen ponton is terechtgekomen. Hierdoor heeft de werknemer een aantal ribben en een hand gebroken, en is hij één nacht in het ziekenhuis opgenomen geweest. Van blijvend letsel was geen sprake. Naar aanleiding van het ongeval heeft de Inspectie SZW een onderzoek ingesteld…… Verder lezen? Ga hier naar het artikel
0 reacties